Besprekingen 2013-2014 deel 2

DAMOLEGI

 

Besprekingen 2013 - 2014 Deel 2

 

Ultramarijn - Henk van Woerden

 

 

Korte inhoud

 

In Ultramarijn wordt het verhaal verteld van ontheemde mensen uit het Middellands Zeegebied: de muzikant Joakim die op jonge leeftijd totaal onverwacht gescheiden wordt van zijn grote liefde en halfzus Aysel. Heel zijn leven blijft hij naar haar op zoek. Dan is er nog Özlem, die in Duitsland opgroeide, naar Nederland vluchtte, in de prostitutie terecht kwam en later terug naar het land van haar moeder gaat en een liefdesrelatie krijgt met Joakim. Maar dat blijkt haar vader te zijn.

 

Bespreking

 

Els: een heel mooi boek vooral dan het eerste deel. Ik vond de sfeer mooi, de beschrijvingen, het poëtische van de taal. Het was een aangenaam boek om te lezen - 7,5

Mariëlle: ik heb het boek met plezier gelezen. Het middenstuk duurde me wel te lang maar vooral het eerste en het laatste deel van het boek vond ik erg mooi - 7

Dymph: een heel mooi boek. Ook ik vond het eerste en het laatste deel het mooist. Ik hou erg van het poëtisch taalgebruik van de schrijver - 8

Lili: Dit boek sprak me helemaal niet aan. Er stonden wel mooie stukken in maar ik vond het een deprimerend boek vol met nogal perverse sex: anale verkrachting, broer met halfzus, vader met dochter… en dat stak me erg tegen. Waar ging het in feite over? Dat is me helemaal ontgaan. Ik heb het enkel uitgelezen omdat het voor de leesgroep was - 6

Veva: ik vond het een minder goed boek. Er stonden wel mooie beschrijvingen in. De beschrijvingen bijvoorbeeld van de muziek vond ik erg mooi. Maar al die verschillende vorman van sex stoorden me wel. Ik vroeg me ook af in hoeverre dit realistisch was - 6

Hilde: het boek kon me niet echt bekoren, ook de beschrijving van de muziek niet. Het begin en het einde van het boek vond ik wel mooi geschreven. De verschillende vormen van sex stoorden me wel niet. Ik vond wel dat de schrijver een beetje veel zich door de mythologie had laten inspireren - 6+

Mieja: het boek werd me aanbevolen door een vriendin die een grote kennis van muziek heeft en die het een prachtig boek vond. Ik had dus grote verwachtingen maar ik was toch wel wat teleurgesteld. Het begin vond ik wel goed, het is ook mooi geschreven maar voor mij gebruikte de schrijver wat veel metaforen - 7

 

Wat vond je van het verhaal?

 

Het boek vertelt verschillende verhalen, verschillende levensverhalen. Vooral Joakim en Özlem komen aan bod. Het middendeel van het boek, dat zich in Nederland afspeelde, stoorde eigenlijk. Wat was de relevantie er van? Waarom moest Özlem in de prostitutie gaan? Het gevoel van ontheemding dat de schrijver toch wilde oproepen kwam hier niet echt goed naar voren. Özlem leek het wel een leuke tijd te vinden.

Het was jammer dat Aysel niet meer aan bod kwam. Zij komt maar heel kort en nogal zijdelings in het boek voor maar bij haar lijkt het gevoel van ontheemding het grootst. Zij werd als 14-jarig zwanger meisje uit haar thuisland weggerukt, gescheiden van haar geliefde broer die ze nooit meer terug zag. In een vreemd land moest zij een kind op de wereld zetten. Van al de personages leek zij het meest tragisch en toch werd er zo weinig over haar verteld.

 

Welk gevoel riep het boek bij je op? Of welk gevoel wordt er beschreven?

 

De gevoelens wisselden wel in de loop van het boek. De muziekfragmenten gaven je het gevoel dat je in Griekenland of Turkije was. In een klimaat waar de mensen meer buiten leven heerst er een heel andere sfeer dan hier bij ons. Die andere atmosfeer was erg goed weergegeven in dit boek, je kon het voelen. Ook de stemmingen van de verschillende personages worden erg goed beschreven. De voornaamste gevoelens die worden beschreven zijn liefde, aantrekkingskracht, verlies, ontheemding.

 

Welke grote thema's komen aan bod in het boek?

 

Dit boek gaat volgens ons over ontworteling door migratie, over liefde en ook het verlies er van, over muziek en hoe je die kan beleven, welke invloed die op mensen kan hebben.

Ook tegenstelling komen aan bod. Zo is er bijvoorbeeld Babette, een mooie vrouw die eigenlijk een man is. Of de liefde die mooi is maar ook afstotelijk kan zijn.

Ook het noodlot, waaraan niemand kan ontsnappen, kan als het thema beschouwd worden.

 

Welke betekenis heeft de vogelkooi in het boek volgens jou?

 

De vogel in de kooi is een symbool voor de liefde van Aysel en Joakim. Hij gaf haar de vogel. Hij redde de vogel die door de brand erg verwond was en al zijn pluimen had verloren. Hij verzorgde de vogel geduldig tot hij terug kon vliegen. En door een vergissing wordt hij dan vrijgelaten en blijft alleen de kooi nog achter die later door Özlem wordt gevonden. Net zoals zij de liefde ontdekte die er ooit was tussen haar moeder Aysel en Joakim, haar vader.

 

Op pagina 209 lees je hoe de taal de mens vormt, hoe dat een impact heeft op de mens. Klopt dit volgens jou?

 

Dit klopt volgens ons zeker, ook zonder dat je daarvoor moet migreren. In een bepaalde omgeving spreek je een bepaalde taal en ben je een ander mens dan in een andere omgeving. Je spreekt bijvoorbeeld met je familie dialect en dan ben je een gans andere persoon dan diegene die je op je werk bent, waar je AN spreekt en ook uiteraard over andere onderwerpen. Dus zowel de taal als de omgeving kunnen een impact hebben op mensen.

 

Wat vind je van het motto? "zijn einde zal ergens beschreven zijn, maar raakte in vergetelheid, of misschien dat de geschiedenis er aan voorbijging en terecht niet heeft toegelaten dat zoiets onbeduidends opgetekend werd" K.P. Kavafis

 

Het boek gaat inderdaad over gewone, onbeduidende mensen aan wie we achteloos voorbij gaan, die geen invloed hebben op de geschiedenis. Maar geldt dat niet voor de meesten onder ons? Kavafis is een Griekse dichter. Hilde vond een gedicht van hem dat volgens ons heel erg het gevoel van dit boek weergaf. (zie onderaan de bespreking)

 

De naam Özlem betekent verlangen. Ze is een kind van twee culturen. Hoe komt dit tot uiting in het boek?

 

Özlem is niet echt gelukkig in Duitsland en evenmin in Nederland. Echt ongelukkig voelt ze zich niet maar ze heeft wel een gevoel dat ze er niet echt hoort. Als ze dan in het land van haar ouders komt is het voor haar ook net of ze thuiskomt. Hier voelt ze zich een heel andere Özlem, één die de vroegere Özlem niet meer kent, voor wie zij nu een vreemde is. Dat wordt heel goed beschreven op de pagina's 208 en 209.

 

Is Ultramarijn een goede titel?

 

Zonder de uitleg van de schrijver in het nawoord zou je het er niet echt uithalen wat de betekenis is van het woord of de kleur ultramarijn en dus van de titel. Ultra mares, van over de zee. Kleuren kennen geen barrières, geen grenzen. Mensen wel.

 

Verkrachting, biseksualiteit, incest, het is allemaal aan de orde zonder dat het de personages voorgoed lijkt aan te tasten. Wat denk je hier over?

 

De schrijver is van oordeel dat seksualiteit heel anders beleefd wordt in de landen rond de Middellandse Zee dan hier bij ons in de meer noordelijk gelegen gebieden. Alles is toegelaten als het maar niet in de openbarheid komt. Wij noemen dit hypocrisie maar is het altijd beter alles in de openbaarheid te brengen? Daarover kan je van mening verschillen.

De personages in het boek lijken inderdaad niet echt wakker te liggen van incest of biseksualiteit. Ook de anale verkrachting heeft bij Joakim blijkbaar weinig sporen nagelaten, net als de prostitutie bij Özlem.

Aan deze onderwerpen is duidelijk te zien dat dit boek door een man geschreven is, die minder stil schijnt te staan bij de gevoelens die dit allemaal kan oproepen. Alleen al aan de verkrachting van Joakim op het jongerenkamp zou een heel boek kunnen gewijd zijn maar in deze roman is het maar een fait divers. Dat is wel erg vreemd.

 

Ultieme punten? 6,8

 

Over de schrijver

 

Henk van Woerden werd in 1947 in Leiden geboren. Toen hij 9 jaar was emigreerde hij met zijn ouders naar Zuid Afrika. In 1968 keerde hij terug naar Nederland en was hij actief als kunstschilder. In de jaren 80 woonde hij afwisselend in Nederland en Griekenland. In 1993 verscheen zijn eerste roman 'Moenie kijk nie". Hij overleed in 2005 onverwacht aan een hartstilstand in de VS waar hij een gastcollege gaf. Voor de roman "Ultramarijn" kreeg hij in 2006 postuum de Gouden Uil.

 

Gedicht van Kavafis

 

De stad

Konstantios Petrou Kavafis

 

Je zei: "Ik ga naar een ander land, naar andere wateren.

In een andere stad zal ik beter aarden dan hier.

Elke inspanning is een geschreven veroordeling

en mijn hart is, als een dode, begraven.

Hoe lang zal m'n verstand dit wegkwijnen nog verdragen?

Waarheen ik m'n blik ook wend, waarheen ik ook kijk,

zie ik de zwarte ruïnes van mijn leven,

dat ik gedurende zovele jaren heb geleid, verwoest, bedorven."

 

Nieuwe streken, nieuwe zeeën zal je niet vinden.

De stad zal je blijven achtervolgen. Dezelfde wegen

zal je bewandelen. In dezelfde buurten zal je rondhangen.

En in dezelfde huizen zal je grijze haren krijgen.

Altijd zal je in dezelfde stad belanden.

Naar dat "elders" - hoop er niet op-

is er geen boot voor jou, geen pad.

Zoals je jouw leven hier hebt verwoest,

in deze kleine uithoek, heb je het overal ter wereld bedorven.

 

Gezusters Materassi - Aldo Palazzeschi

 

 

Korte inhoud

 

De gezusters Materassi wonen in een klein Toscaans dorp in hun ouderlijk huis. Het is kort na de 1e Wereldoorlog. Van hun geldverkwistende vader hebben ze enkel schulden en hypotheken op hun huis geërfd. Twee zussen trouwen en gaan elders wonen. Teresa en Carolina blijven. Van de morgen tot de avond naaien ze fijne lingerie voor rijke dames. Zo hebben ze al de schulden van hun vader kunnen aflossen en zelfs heel wat geld gespaard. Ze hebben een trouwe inwonende meid, Niobe. Als het huwelijk van de mooiste zus Giselda spaak loopt keert zij verbitterd terug naar het ouderlijk huis om er een soort onbetaalde dienstbode te worden. Teresa en Carolina leven voor hun werk. Ze komen zelden buiten. Enkel op zondagmiddag wordt het werk neergelegd en gaan ze, opgedoft als pauwen achter het raam van hun kamer de mensen op straat gade slaan en becommentariëren. Ze zijn totaal wereldvreemd.

Als ze rond de 50 zijn overlijdt plots de 4e zus, een weduwe met een zoon, Remo. Dit is een erg mooie en zwijgzame jongen van 14 jaar. De twee zussen nemen hem mee naar huis en hierdoor wordt hun hele leven overhoop gezet. Remo slaagt er in de vrouwen helemaal naar zijn hand te zetten en hen financieel helemaal te ruïneren! Met milde spot maar niet kwetsend, wordt de kleine tot elkaar veroordeelde dorpsgemeenschap beschreven en ook de wereldvreemde zussen, de goedmoedige meid Niobe, de verbitterde Giselda, de van elke scrupule gespeende Remo en zijn trouwe vriend Palle.

 

Bespreking

 

Zeg in het kort wat jullie van het boek vonden en geef eerste punten.

 

Els: een mooi boek, ik was dadelijk in de sfeer er van, het deed me denken aan mijn grootmoeder die een tekstielwinkel had, goed beschreven en aangenaam om te lezen, ik kon er goed inkomen hoe de twee oudere vrouwen helemaal in de charme van hun jonge neef trapten, hield ook van de ironie - 8

Veva: het is voor de eerste keer dat ik een boek voor de leesgroep niet heb uitgelezen. Ik ben tot bladzijde 201 geraakt en toen ben ik niet verder gegaan. Ik vond het saai, het sprak me niet aan, ik vond het vlak geschreven. Voor het deel dat ik gelezen heb zou ik niet meer dan 3,5 geven.

Dymph: ik vond het wel een goed boek. Ik moest er wel aan wennen dat het een komisch boek was en ik hou niet zo van humor in boeken. Maar na een tijdje kwam ik er wel in. Ik vond het gemakkelijk om te lezen - 7,50

Mieja: ik heb het graag gelezen. Sommige zinnen moest ik wel meerdere keren lezen want er zat wel veel in. Ik vond het ook grappig, af en toe zelfs erg grappig maar toch ook tragisch; Mooi om te lezen - 8

Hilde: ik vond het een verschrikking om te lezen, het kon me niet boeien maar ik heb toch doorgezet. Ik was blij toen ik het uit had. Ik ben er nog een tweede keer aan beginnen maar het bekoorde me helemaal niet - 5,5

Belinda: ik heb eerst ook tot bladzijde 201 gelezen en ik vond het niets. Ik vond de taal niet goed, de beschrijvingen veel te lang maar ik heb toch verder gelezen. Na blz. 201 begon het me wat meer te boeien. Het was beknopter en er gebeurde meer. Maar ik was wel blij toen ik het uit had en aan een ander boek kon beginnen - 5,5

Lili: ik heb het boek een paar jaar geleden gelezen en vond het toen al goed maar nu ik het de 2e keer las vond ik het nog beter. Toen ik er opnieuw aan begon dacht ik wel dat het niet iedereen zou aanspreken. Het is een boek om langzaam te lezen en van te genieten, vooral voor de taal en de stijl en minder om het verhaal. Ik heb heel erg genoten van taal en stijl, en ook van de humor. En ondanks het trieste lot van de zussen vond ik het geen droevig boek - 9

 

Wat vind je van de stijl van de schrijver in dit boek? Hoe zou je die kunnen omschrijven?

 

Een recensent vergelijkt de stijl van de schrijver met een borduurwerk. En dat is wel zo. Zin na zin borduurt of schildert de schrijver de landschappen, mensen, gebeurtenissen. Zijn taal is dus erg beeldend, niet moeilijk hoewel hij vaak erg lange zinnen gebruikt. Hij schrijft over de tegenstelling tussen arm en rijk, de gebreken en de hypocrisie van de maatschappij, geamuseerd en met milde spot, maar nergens uit de hoogte, betweterig of veroordelend.

Hij gebruikt metaforen voor landschappen, huizen, zelfs bomen: blz. 8 “maar ook op die vlakten staan villa’s en huizen, dorpen en gehuchten van een nederig, opofferend karakter”, blz 8 en 9: “… dat als in dit gebied de heuvel de plaats inneemt van de dame, en bijna altijd een echte dame, een prinses, de vlakte er de taak van de dienster, de kamenierster of het dienstmeisje op zich neemt…”, bladzijde 9,10 en 11: “de dame komen alle eer, alle verdiensten en vrijheden toe en veel is haar toegestaan; zij mag zich grillen en spontane ideeën veroorloven….. Maar de arme dienstbode ziet naar haar op vanuit de diepte, en slaat haar ogen neer en doet alsof ze niet merkt met hoe weinig respect ze wordt behandeld…..”

De heuvels zijn mooi, rijk, heersend. De vlakte is lelijk, arm, dienstbaar.

Voorbeelden van beeldend taalgebruik:

Over de leeftijd van Teresa en Carolina: "In de tijd waarin dit verhaal begint hadden Teresa en Carolina,... de leeftijd van vijftig jaar bereikt, met onderling een jaar verschil. Ze zaten, om precies te zijn, schrijlings op die leeftijd, want ze bevonden zich aan weerskanten van de vijftig."

"De gezusters zagen uit naar de korte bezoekjes die de buren aan hun deur brachten, waarbij die zich eerbiedig gedroegen en hebn op de hoogte brachten van heel wat dingen die hen in een opgewekte stemming hielden zonder hen af te leiden: smakelijke nieuwtjes, primeurs, .... , verlovingen die op hun bekroning vooruitliepen door een flink voorschot op het kapitaal te nemen, wat na verloop van een paar maanden niet gemakkelijk verborgen kon blijven..."

Maar sommigen vonden hier helemaal niets aan, voor heb was de stijl saai, te lange en ingewikkelde zinnen, totaal niet boeiend en vlak.

 

Welk soort verteller heeft deze roman? Is dit van invloed op de roman en het verhaal? Wat vind je hiervan?

 

Hij spreekt de lezer rechtstreeks aan. De verteller is een ik-personage, een verteller die zich persoonlijk tot de lezer richt, ook als hij gewoon landschappen beschrijft. Hij is geen complete buitenstaander of 'alwetende verteller' in de vorm zoals die gewoonlijk wordt gebruikt, eerder iemand die wel niet persoonlijk aan de gebeurtenissen deelneemt maar die er zich wel betrokken bij voelt. Het doet soms wel denken aan een iemand die op een podium een verhaal vertelt aan een zaal met toeschouwers. Sommigen vonden dit origineel en anderen vonden er niets aan.

 

Het boek begint met een lange inleiding waarin de omgeving, het landschap van Firenze wordt besproken en het dorp waarin de zussen wonen. Wat vonden jullie hiervan?

 

De inleiding was voor een deel van de groep te lang en saai.... Anderen vonden het wel goed, het is alsof de schrijver een gids is die een rondleiding geeft. De kennismaking met omgeving en personages verloopt stap voor stap. Eerst laat de schrijver ons kennis maken met de stad Firenze, dan met de omgeving er van en uiteindelijk komt het gehucht waar de zuster Materassi wonen aan bod en hun klanten. De schrijver dicht landschap en huizen menselijke eigenschappen toe.

Zo wordt bijvoorbeeld een “ouderwetse villa” omschreven als “een oude dame in haar leunstoel” en een modern villaatje wordt een “vrijpostige, brutale schoondochter” (blz 11 en 12). (zie ook antwoord op vraag 1).

De beschrijvingen zijn vaak erg grappig (al dacht niet iedereen er zo over) en beeldend. Over de soorten klanten van de naaisters: "De tweede categorie is die van de oudere, zelfs zonder meer bejaarde dames; bejaard niet alleen van jaren maar ook uit eigen keuze, ongestraft lelijk en rimpelig, die niets doen om het wrede werk van de natuur en het onverbiddelijke van de tijd op hun gelaat en figuur te verzchten of te verhullen; integendeel, ze lopen vooruit op de ouderdom en hollen hem blij tegemoet, met al zijn ramzalige consequenties..."

 

Zijn de verschillende personages levensecht of zijn het meer karikaturen? Beschrijf de voornaamste personages. Wie is sympathiek of niet? In hoeverre werden ze door het verleden beïnvloed of gevormd?

 

Beschrijf de dynamiek tussen de verschillende personages?(tussen Theresa en Carolina, tussen deze beiden en Giselda, tussen Niobe, Theresa, Carolina, Giselda en Remo) Waarom handelen zoals ze doen? Ken je zelf zulke mensen?

Niobe is het meest sympathiek. Zij is haar meesteressen erg trouw. "de beschaamde, deemoedige, verbijsterde dienstbode keek bemoedigend en vriendelijk naar haar meesteressen, nniet zoals de moeder die weet dat het laatste wat in haar macht ligt het verbergen van haar eigen onmacht is, zodat ze het kind niet nog erger ontmoedigt." (blz. 322) Zij is en blijft een levenslustige vrouw, ondanks al de tegenslagen die ze kende en haar leven van dienstbaarheid en hard werken. Mannen waren en blijven voor haar een bron van genot. Zij is niet in het minst verbitterd. Blz. 71 als er soldaten voorbij het huis marcheren: "... Niobe tegenover wie de mannen - als ze ze een voor een op afzonderlijke momenten beschouwde - zich niet bepaald welwillend hadden gedragen, maar van wie ze, wanneer ze zich hen allen tezamen herinnerde, het gevoel had dat ze zich heel goed hadden gedragen. Ze voelde zich helemaal vertederd en merkte hoe ze diep in haar hart weer jong werd en kwistiog met haar charme, alleen speet het haar dat ze zich niet nog slechter hadden gedragen..."

Niobe laat zich helemaal inpakken door Remo. Zij geniet er van hem te zien, hoe hij van het leven geniet. Door hem geniet ze ook nog meer van haar herinneringen aan haar eigen liefdesleven.

 

Theresa en Carolina (zie beschrijving blz. 47 tot bovenaan 59) doen weinig anders dan werken; zij hebben “hun werk tot hun religie gemaakt” (blz 41). Ze zijn wat groteske figuren. Dat uit zich o.a. in de manier waarop ze zich ’s zondags opdoffen om achter hun raam de voorbijgangers te aanschouwen en te becommentariëren. Blz. 50: “en wanneer ze eenmaal gepaneerd als vissen die gefrituurd moesten worden, en nadat ze talloze grimassen en pirouettes hadden gemaakt voor de spiegel en hun uiterlijk dat ze na zeven dagen terugzagen aan alle kanten hadden geobserveerd, gingen ze meet de ellebogen tegen elkaar voor het raam zitten…” En grotesk zijn ze ook als ze als bruiden in het wit en met sluier gekleed op de bruiloft van Remo verschijnen. Gedoemd vanaf hun jeugd zijn ze om met hun harde werk de schulden van hun vader te voldoen. Zij hebben nauwelijks contact met hun buren en huurders, voelen zich boven de boeren verheven “alsof ze uit de rib van een koning kwamen” (blz. 61). De pachter Fellino moet zich niet tot Carolina wenden want “zij behoorde tot de wereld die niet precies die van kool en wortelen was” De zussen Teresa en Carolina zijn erg wereldvreemd, laten hun werk alleen liggen op zondagnamiddag of als er soldaten voorbijkomen, komen enkel uit hun huis om naar de mis te gaan eens per week en eenmaal per jaar naar de jaarmarkt. Door de komst van Remo wordt de sleur doorbroken. Ze hebben grootse aspiraties voor hem maar daar komt niets van in huis. Er komt ook een behoorlijk grote portie onderdrukte seksualiteit aan te pas, zij raken lichamelijk opgewonden door Remo maar weten zich daar geen raad mee. Bijvoorbeeld als ze hem kussen. Door hem leren zij echter ook een gans ander leven en andere wereld kennen. Er komen jongeren bij hen over de vloer die genieten en feesten, die er dus een heel andere levensstijl op na houden. Als Remo ouder is neemt hij hen mee naar restaurants en schouwburgen.

 

Giselda is verbitterd. Zij huwde ooit een knappe man maar dat liep al snel mis tot groot leedvermaak van Teresa en Carolina. Zij wordt door haar zusters en door Niobe als een onbetaalde meid beschouwd en ook zo behandeld. Blz. 39: “De vrouw die twintig jaar lang in dat kommervolle huis zorgeloosheid en geluk had belichaamd, vertegenwoordigde er nu het verdriet. Toen ze terugkwam was ze somber en zwijgzaam, uitgebloeid, verwelkt, en had ze alle charme verloren… Haar positie was onecht… een misplaatst schepsel dat niet zelf haar leven opnieuw kon opbouwen en haar brood verdienen.” Blz. 59: “Giselda had een onmogelijk karakter en was absoluut niet geïnteresseerd in de zaken die ze moest beheren” Zij geniet van de financiële ondergang van haar oudere zussen hoewel ze op zeker moment toch bereid is haar hulp aan te bieden als 15 jaar jongere vrouw. Maar haar oudere zussen wijzen haar af en zetten haar zelfs aan de deur! En dat was wel tragisch.

Remo wordt door Giselda veracht en gehaat, waarschijnlijk ook omdat hij haar aan haar ex man herinnert.

 

Heeft Remo gevoelens of is hij totaal gevoelloos? Hoe vonden jullie zijn houding tegenover zijn tantes? Wat is zijn levensopvatting?

 

Hij lijkt wel gevoelens voor Palle te hebben want hij laat hem nooit in de steek maar dat is schijnbaar de enige persoon die hem raakt. Als hij tegen Palle praat is zijn stem zachter en warmer. Maar toch is ook Palle iemand die Remo van nut is en kan blijven.

Voor Remo is het leven eenvoudig, blz. 279: "... gedachten aan de toekomst hadden bij hem nooit een dominerende rol gespeeld, en het verleden viel de duisternis in door een valluik waarvan hij het deksel nooit had willen optillen. Waar het om ging was het heden, het moment dat vervliegt, en hij was geboren met de kennis dat aan te grijpen en stralend te beleven: wat net in het donkere gat was gevallen, bestond niet meer.... Hij voelde zich heer en meester over het heden. 'Het leven is gemakkelijk' was zijn motto, en dat volstond om het heel gemakkelijk en kinderlijk te maken."

Mensen zijn er voor Remo enkel om hem van nut te zijn, om zijn leven aangenamer te maken ook als dat ten koste gaat van die mensen. Remo manipuleert iedereen rondom hem. Hij buit ieders zwakte uit. Mensen die hem niet langer van nut zijn laat hij doodgewoon vallen. Schrijnend is de scène waarin de 2 oudste zussen in een hok worden opgesloten door Remo, tot zijn een wissel tekenen om zijn schuldenaars te voldoen. Daarna zijn ze totaal blut en kan hij niets meer met heb doen. Hij zoekt zich een rijke erfgename, de volgende in de rij om uitgemolken te worden.

 

Wat overheerste voor de zussen door het in huis nemen van Remo: het negatieve of het positieve?

 

We denken dat het positieve overheerst heeft. Als Remo niet in hun leven was opgedoken dan hadden ze wel niet opnieuw schulden gehad maar anderzijds hebben ze toch ook wat van het leven buiten hun huis en dorp gezien dankzij hem en blijft hij voor hen een link naar de buitenwereld.

 

Heeft dit boek een boodschap? Waar gaat het over (thema)? Komen er motieven in voor en zo ja welke?

 

Zelfbedrog zou het thema kunnen zijn. Naïviteit. Alleszins hebben Teresa, Carolina en Niobe niets geleerd uit wat heb overkomen is. Ze zijn met open ogen in de val gelopen en moest Remo terugkomen en zij zouden terug geld hebben, dan zouden ze weer net hetzelfde handelen.

Volgens sommige recensenten ging het boek over: jeugd versus ouderdom, het moderne versus het ouderwetse maar dat zagen wij er toch niet echt in. Het is moeilijk om voor dit boek echt een thema of een boodschap te vinden.

 

Wat vond je van het einde van het boek?

 

Niet iedereen vond het einde tragisch.

Toen Remo definitief weg was, was het heel erg tragisch voor Teresa, Carolina en Niobe. Niet alleen is hun enige bron van blijdschap verdwenen, zij zaten ook terug in de complete armoede. "Van toen af konden ze alleen nog maar terugkijken om te kunnen leven." En: "Als je ze zo zag waren ze niet meer dan drie halve citroenen die waren uitgeperst en op de vuilnishoop gegooid" Maar uiteindelijk gaan ze het toch weer positief inzien: "... spoken die verschenen en verdwenen boven de as. En boven alles uit klonk, als de slagen van een doodsklok, de echo van een stem die hen de keel dichtkneep, het hart verscheurde: 'Zi' Tè, Zi' Ca' Maar geleidelijk veranderde die bittere kramp in een zoet gevoel dat hun oogharen vochtig maakte en hen lange zuchten deed slaken." Teresa, Carolina en Niobe vinden toch nog een manier om wat er gebeurd is ten goede te keren. Zij genieten van hun herinneringen aan Remo. Voor de klanten die het levensgrote portret van Remo in zwembroek bewonderen dat in hun atelier hangt, en hem dan vergelijken met hun eigen zonen hebben zij niets dan minachting. "Ze maken vergelijkingen met hun zoons.... De gezusters glimlachten en gunden hun klanten alle vergelijkingen, maar zij wisten wel beter en wanneer ze alleen waren zetten ze alles weer recht. 'De stakkers, het zijn hun zoons, ze hebben gelijk, je kan het hun niet kwalijk nemen'.... Hoe knap en sterk hun zoons ook mochten zijn, hij was uitzonderlijk, een klasse apart." En het verhaal eindigt met een lach: "En geen vrouw maakte zich druk omdat ze in die kamer de vergrote foto aantrof van een jongeman in zwembroek..... 'Als de dames hier waren blijven komen, wist ik het nog niet' antwoordde Teresa, 'dan wist ik nog niet of we hem daar konden laten, ze zouden hun neus hebben opgetrokken en bedenkelijk hebben gekeken, denk ik.' 'Ja' zei Niobe, 'maar wel nadat ze er goed naar hadden gekeken'. Haha! Haha!"

 

Als je de auteur een vraag zou kunnen stellen wat zou die dan zijn?

 

Of hij zelf in zijn leven met soortgelijke figuren of situaties te maken heeft gehad en of dat op hem van invloed is geweest. Hoe hij zijn eigen, toch wel gefortuneerde leven zag tegenover het leven van arme mensen die gedwongen waren hun hele leven hard te werken. Iemand was ook wel benieuwd naar het vervolg: wat als Remo zou terugkomen? Zouden de vrouwen er dan weer intrappen? Zou de schrijver nog een vervolg kunnen en willen schrijven?

 

De uiteindelijke punten: 8 - 7,5 - 8 - 6 - 5,5 - 9 = 44 dus gemiddeld 7,30 op 10.

 

De schrijver

 

De echte naam van de schrijver is Aldo Giurlani. Palazzeschi is de naam van zijn grootmoeder aan moeders kant.

Hij werd geboren in 1885 in Firenze. Zijn ouders behoorden tot de burgerij en hadden een textielzaak.

Aldo behaalde zijn diploma als boekhouder. Daarna ging hij naar de toneelschool en in 1906 debuteerde hij op de planken. Maar na een paar optredens gaf hij het acteren op en legde zich toe op schrijven. Hij was eerst dichter, dan romanschrijver en later ook journalist. Aanvankelijk had hij niet veel succes maar dankzij het inkomen dat hij van zijn familie kreeg kon hij blijven schrijven.

Zijn eerste dichtbundel verscheen in 1905 en had als titel “I cavalli bianchi” (de witte paarden). Hij maakte kennis met futuristen uit Firenze en Milaan. Onder de invloed van deze kunststrekking schreef hij in 1911 de ‘antinovelle’ “Il Codice die Perela”, in het Engels vertaald als “Man of smoke”. Hij schreef ook voor avant-garde tijdschriften.

Het Italiaanse futurisme en meer bepaald de schrijver van het Futuristisch Manifest, Marinetti, was van oordeel dat de maatschappij radicaal moest hervormd worden op alle manieren zelfs door oorlog. De futuristen verwelkomden de 1e Wereldoorlog dan ook als een ‘reinigende kracht’. Aldo Palazzeschi was echter pacifist en een fervent tegenstander van WO1 en hij distantieerde zich in 1914 van de futuristen. Overigens was ook Mussolini een bewonderaar van het Italiaanse futurisme.

Tussen de beide wereldoorlogen verbleef de schrijver geregeld in Parijs. Hij werkte ook als journalist en hij schreef tegen het fascisme. Zijn boek “Due imperi... mancati” dat in 1920 verscheen, is tekenend voor zijn pacifisme en zijn diepe afkeer van oorlog.

In 1932 schreef hij “Stampe del’Ottocento”, een serie nostalgische en humoristische verhalen over het einde van de 19e eeuw.

In 1934 verscheen “Sorelle Materassi”, zijn meest vrolijke en conventionele roman. Daar waar zijn vorig werk vaak groteske en fantastische elementen bevatte is dit in deze roman minder het geval. Hoewel de beschrijving van de 2 oudste zusters Materassi ook wel wat grotesk aandoet!

Het boek werd verfilmd in 1943.

In 1957 won hij de prestigieuze Antonio Feltrinelli-prijs voor literatuur.

Hoewel hij na de 1e Wereldoorlog gestopt was met het schrijven van poëzie, begon hij op het einde van zijn leven zich terug op dichten toe te leggen. En er verschenen nog 3 dichtbundels van zijn hand waarvan één postuum.

Hij overleed in 1974 in Rome maar ligt begraven in de omgeving van Firenze.